Er gaat geen minuut voorbij zonder stemmen in mijn hoofd. Bij mij kletsen mijn innerlijke persona’s wat af. Hoe meer ik schrijf, hoe poëtischer de interne dialogen worden. Ik vind dat wel gezellig, een innerlijk kind dat geen machteloze kreten slaakt, maar lief fluistert over de armen die ze om zich heen wilt voelen. Toch is het heerlijk als ze af en toe, allemaal, helemaal stil zijn. Niet omdat ze niets voelen, maar omdat alles vol is. Vandaag heb ik zo’n moment, in de zon. Pas als de laatste straal is verdwenen breng ik onze eensgezinde stem naar de bus.