Het gaat

Het was vanochtend nog nacht, en een natte bovendien. Het kan niet altijd zomer zijn, zelfs niet als de hele wereldbol ettelijke graden in temperatuur stijgt. Misschien had ik de druilerigheid wel gemist, en anders had de lavendel op mijn balkon dat wel. Mensen stappen snel door de grijze lucht met dikke zwarte jassen en gerafelde donkere paraplu’s. Allemaal in schutkleuren, behalve ik. Mijn telefoon is naar de dokter, mijn afspraken beginnen laat en verder gebeurt er niet zo veel. Het was vanmiddag nog steeds natte nacht. Een medepassagier vraagt hoe het met me gaat. Ik vertel dat het gaat.