Ik zit op een semizonnig balkon met een mooie vrouw. Ze zit niet lekker in haar vel. Niet alsof ze ooit zou denken aan doodwillen. Gewoon, alsof haar allergelukkigst voelt als een dag met maar een beetje regen. Ze kijkt naar een voorbijgaande fietser, zegt ‘ik denk dat zij zich beter voelt dan ik.’ Ik kijk naar haar gouden krullen in de zon en antwoord ‘zij denkt misschien hetzelfde van jou.’ Ze zegt ‘ik heb zoveel meer dan anderen, waarom voel ik niets?’ Ik zwijg, omdat ik weet hoe dat is. Wat je ook bezit, er bestaat geen groter gemis.