Zinnen proeven

Ik ben nauwelijks zenuwachtig. Ik luister muziek in plaats van mijn monoloog in het gezicht van onschuldige voorbijgangers te slingeren. De tintelingen keren terug als ik mijn kostuum aan trek, maar het is geen angst te noemen. Meer… verwachting. Als de repetitie mijn scènes nadert blijft de klemmende hand om mijn hart uit. Nu slinger ik nog minder woorden, er is geen haast om dit gedaan te krijgen. Ik kauw op elke zin. Ik voel het ritme. Ik proef de horror. Ik geniet intens van daar zitten en over rampspoed vertellen. Bijna bezeten. Dat hebben mijn personage en ik gemeen.