Ik rijd met een ov-fiets door straten van dertien jaar geleden. Ons oude huis, mijn oude school, de velden, de kinderboerderij. Met mijn voeten in het water van een lang vergeten meer. Zoveel jaren over deze zongebakken stoep, zoveel tederheid in die witgepleisterde stenen. Dertien jaar geleden vertrok ik. Bijna tien ervan heb ik het meisje dat ik was niet gezien. Ik weet hoeveel heimwee ze had. Maar inmiddels is ze deel van me en breekt ze niet. Op het plein waar ze knikkerde schuilt geen verdriet. Ik moet geweten hebben, ergens, dat het veilig was om terug te gaan.