Het is warmer dan ik had gedacht, toen ik vanachter mijn bureau een glimp opving van het raam. De zon blijkt daadwerkelijk geschenen te hebben, als ik me naar buiten waag bij zijn ondergaan. Het water is bijna spiegelglad, ik sla af naar links, bij het meer vandaan. Een paar honderd meter verder begint de binnenstad, met zijn rare mix van oude straten en nieuwe pleinen. Maar voordat ik daar ben buig ik alweer af naar rechts. Ergens tussen de stad en de plas ligt een klein houten terras. Ik besluit de avond met een verre blik. Stil, diepe gronden.