Voor de Pride gaan we bij de kapper langs. Eentje die we kennen, want wisselen van kapper is net zoiets als wisselen van supermarkt; je zoekt je een ongeluk en vindt toch niet wat je wil hebben. Eenmaal op de stoel vlieg ik in volle vaart door de smalltalk heen. De kapster houdt net zoveel van praten als van haren, maar wanneer ik weer geknipt naar de uitgang loop, weet ze eigenlijk nog niets. Het is een zware taak, die kappersgesprekken, maar voor het eerst in jaren maak ik meer dan genoeg lichte dingen mee voor een bezoek of drie.