De maandelijkse verplichte hormonencocktail slaat weer in als een bom. Het ene moment zit ik nog lekker met mijn hoofd in het zonnetje, het volgende moment wil ik snauwen naar een voorbijganger omdat hij toevallig naar me glimlacht. Alsof het niet genoeg is dat ik als bewust kinderloze vijf dagen per maand mezelf moet drogeren met paracetamol, in een continue staat van irritatie val en halverwege de supermarkt vergeet waar ik heenloop, schijn ik ook nog eens niet onder te doen voor een geslacht paard. Of, om mijn huishomo te citeren, “serieus Anne, het plafond?” Daarmee is alles wel gezegd.