“Mijn vals is nep, mijn lach is grief,” dreunt in mijn hoofd, op het ritme van mijn pedalen. Soms is mijn hoofd stil tijdens het fietsen, maar meestal is het meer een dichtmoment. Soms pieker ik hele boeken aan elkaar. Ik praat in stromen woorden met mezelf, en ook het minste gevoel wordt gekeurd, gewogen, door vijf dubbele bodems gehaald en krijgt voor de nuance vijftig tinten in een andere kleur dan grijs mee. Ik bedenk me dat ik eigenlijk geen schrijver ben, maar een notulist van mijn innerlijke monoloog. Best een eng idee. Dat maakt jullie nu allemaal gedachtenlezers.