ff voorstellen:


“Hoi”, fluistert de jongen naast me. Ik kijk hem vanuit mijn ooghoeken aan. “Hoi”, probeert hij nu iets harder. De docent kijkt verstoord op. Hij probeert net uit te leggen wat de gele pijltjes zijn die wijzen vanuit een grote oranje blob naar een kleinere groene vlek. Biologie is niet aan te raden voor kleurenblinden. “Ik ben Marcel, en jij?” ademt de jongen nu nauwelijks hoorbaar. Ik pak zijn uitgestoken hand vast. “Anne”, zeg ik.

Eén pauze en drie liter koffie later zijn alle bekende vragen beantwoord.

Dat ik medische biologie studeer, in mijn vijfde jaar zit, een bejaarde van 23 ben, samenwoon met mijn vriendin en mijn kat, dat ik nooit met een man naar bed ben geweest, dat ik vroeger altijd voor Ajax was, dat ik ’s ochtends niet ontbijt, dat ik echt nooit met een man naar bed was geweest, nee ik wil het ook niet, dat mijn lievelingskleur groen is en nee dat ik het echt ook niet eens met hem zou willen proberen.

“Jammer”, zegt Marcel. Het is een mooie jongen om eerlijk te zijn. Dat ik lesbisch ben wil niet zeggen dat ik het uitzicht op een mooie man niet kan waarderen. Hij vertelt me dat een goede vriendin van hem ook lesbisch is. “Hoe heet ze?” vraag ik. “Je kent haar niet, ze woont in Groningen”, legt Marcel uit. “Nee kom op, zeg het maar!” “Marjolein”, zegt hij. Ik loop nog eens naar de automaat om onze bekertjes met drab te vullen. Als ik terugkom heb ik genoeg mentale research gedaan.

“Die Marjolein he, heeft ze een ex die Monica heet?” Stomverbaasd kijkt hij me aan. “Monica is de ex van de beste vriendin van een ex van me”, leg ik uit. “Ik dacht trouwens dat Majo en Mo het wel langer uit zouden houden.” “Ze pasten niet zo goed bij elkaar”, zegt Marcel. Nu is het mijn beurt om stomverbaasd naar hem te kijken.

Is het mogelijk dat iemand op deze aardkloot niet weet dat die twee uit elkaar waren gegaan om hun seksproblemen?

Monica kwam altijd nogal luidruchtig klaar en Marjolein wilde daar niets van weten. “Weet je”, zeg ik tegen Marcel, “onder homoseksuelen gaat het voorstellen altijd heel anders.” De laatste keer dat ik me voorstelde aan een lesbische vrouw was over MSN. Naast dronken cafégesprekken de meest gebruikte voorstelmethode onder homoseksuelen.

Het ging ongeveer zo:
– hoi
* hoi
– ben jij niet de ex van Mirjam?
* klopt ja
– ze heeft het nu toch met Marjolein
* ja, niet die uit Groningen
– nee dat zou ze ook niet trekken denk ik
– ik bedoel, ik hoorde dat Mirjam ook niet een van de stilsten was
* klopt!
* maar Marjolein uit Utrecht, waar Mirjam nu mee is, heeft daar geen problemen mee.
– nee die schijnt zelf een geluidsdichte kamer nodig te hebben
* en waar ken ik jou eigenlijk van?

Na drie moeilijke minuten van exen uitwisselen en de exen van die exen aan elkaar linken kwamen we erachter dat we in vijf stappen met elkaar verbonden waren.

Daaronder waren relatief weinig vetes, dus het leek ons veilig om met elkaar te blijven praten.

Marcel heeft vijf minuten nodig om dit verhaal te laten bezinken. “Oké”, geef ik toe. “Zo erg is het niet. Eigenlijk karikaturiseer ik nu.” Gefascineerd kijkt Marcel me aan. “Zullen we terug gaan naar college?” vraag ik. Samen kijken we moedeloos naar de ingang van de zaal, die als een grote zwarte mond klaar staat ons op te slokken voor de komende drie uren bloppen, spatten en vlekken met pijltjes. “Nee laat maar”, zegt Marcel. “Ik ben kleurenblind.” Met een nieuwe kop koffie lopen we de grijze herfstmist in. “Dat meisje”, vraagt Marcel. “Mmm?” antwoord ik neutraal.

“Zijn jullie nou nog vriendinnen geworden?”

Het kost me nog vijf liter koffie en een lange herfstavond om uit te leggen wat er daarna is gebeurd tussen mijn vriendin, mij, en ‘dat meisje’. Maar gelukkig hoef ik jullie dat niet te vertellen. Een beetje homo heeft dat soort informatie tenslotte binnen vijf stappen achterhaald.

Meer columns van Expreszo