Ik hink van het ene idee naar de volgende. Ik gooi details in een laatje. Waar ik het allergelukkigste van word is iets half doen, een nieuw idee najagen, het half doen en dan alles weer bijstellen. Tot het uiteindelijk, vaak met hier en daar wat toeval, een geheel is geworden. Of met behulp van wat competentere mensen op mijn missende vlakken. Niemand die me niet van jonger kent kan geloven dat ik ooit overdreven netjes, punctueel en obsessief-compulsief was. Ik omarm chaos. Ik creëer hem zelfs waar mogelijk. En ‘s nachts leg ik nog steeds de kussens perfect recht.