Ik zat in de tram op zo’n invalidestoel voor me uit te staren. Tot ik bij een volle halte kwam en me bedacht dat ik me vandaag best valide voelde. Dus zeeg ik neer op een stoelencluster dat door mijn medetramgenoten was gemeden, waarschijnlijk vanwege de troep. ‘Lege medicijnenstrips’, classificeer ik met een korte blik. De vier ovalen springen me in het oog als de exbehuizing van temazepam en die dertig kleine rondjes zullen wel oxa zijn. Een controle van de achterkant geeft me gelijk. Er zat hier eerder iemand die, van mij, best op een speciale stoel had gemogen.