Kantlijn

Ik til mijn gerimpelde handen uit het sop, dat al geel kleurt aan de randen van de teil. Afwassen, terwijl naast me de nog niet aangesloten vaatwasmachine blinkt. De kattenbak is geruimd, het bed verschoond. Ik heb me even het balkon op gewaagd, toen de zon wegpiepte hield ik het voor gezien. ‘Een dag in de kantlijn’, denk ik, als ik de laatste pannen droog. Daar zijn er veel van, de dagen die mijn biografie niet zouden halen. En toch schrijf ik juist deze graag. Het kan niet altijd groots en meeslepend zijn. Zonder een kantlijn krijg je onleesbare verhalen.