Ik voel me drijfzand. Het lijkt soms stevig genoeg om te staan, maar elke keer als je een pas zet hoor je een slobberig geluid en is je schoen weer verdwenen. Niet echt een plek om zonder zwemdiploma of een paar ferme boomstronken overheen te komen. Laat staan dat je een fundament kunt vinden om op te bouwen. En toch smeek ik met al mijn aanzuigende kracht om je palen te slaan. Het is niet het juiste moment daarvoor, maar de diepte is ook niet onpeilbaar. Niet ver onder dat bedrieglijk beweeglijke oppervlakte schuilt vaste grond voor je schoenloze voeten.