Zomerlang

Het was zonnig in de stad,
mijn zicht was kort, mijn haar was lang,
‘k zat nog vast tussen een kind en een man
Zij was zeventien en had al zoveel meer gezien
Het was zomertijd in ons mooi Amsterdam

Zonnen in de parken, zwemmen in de Amstel,
Mijn grootste zorg de vraag: wanneer en waar
We hadden nog geen Netflix aan,
maar niets kon in de schaduw staan,
Van het schouwspel van het maanlicht in haar haar

En we probeerden elk nieuw ding
Het drugsgebruik was niet gering
Hadden seks in elke straat, op elke gang,
We dronken zonder zorgen
We dachten nooit aan morgen
Zongen het Amsterdamse leven zomerlang

Fietsend over de tramrails, aan café’tjes op de kade,
Zoek ik nog steeds naar haar ogen in elk gezicht
Naar haar sproeten in de zon,
ik wou dat ik ze weerzien kon,
Of nog eens dansen tot ‘t eerste morgenlicht

En we probeerden elk nieuw ding
Het drugsgebruik was niet gering
Hadden seks in elke straat, op elke gang,
We dronken zonder zorgen
We dachten nooit aan morgen
Zongen het Amsterdamse leven zomerlang

Niets voelde zo vreemd als toen de herfst opnieuw verscheen,
Maar ook dat jaar hield de zomer ‘t voor gezien,
in het Amsterdamse leven, zing ik soms nog heel even,
Over hoe graag ik dat meisje weer zou zien.

Kid Rock – All summer long