Volwassen

“Ik moest sterven of volwassen worden,” zegt de jonge vrouw die het leven eerder gegrepen heeft dan ik ooit kon. Hier zit ik dan met mijn angsten en pijnen en depressies, met mijn woedeuitbarstingen en manipulatie en borderlinetrekken, met mijn hypomanies en verslavingen en zelfverminkingen. Hier zit ik dan, en ze vat het zo even samen, alsof het niets is.

En ik zeg deze keer niet ‘ja maar bij mij is het anders,’ of ‘ja maar, ik ben nou eenmaal zo,’ of ‘ja maar, zie mijn pijn, zie mijn píjn!’ Haar etiketten zijn anders. Haar worsteling is een andere. Haar pad is niet dat van mij. Toch zitten we hier, met onze kwetsbare kern en onze zoektocht naar zelf en onze strategieën om maar niet te voelen, of meer te voelen. Op een dag waren er voor ons beiden nog maar twee opties. Sterven of volwassen worden.

Volwassen worden was altijd een punt in de tijd voor mij. Dat vanzelf zou komen. Waarna alles beter zou worden. Behoeftes vervuld waren. Verlangens gestild. Het leven begrepen. Nu lijkt het me meer toe dat het een donkere weg is, vol beren en woest mooie, maar dodelijke wezens als griffioenen. Een hele Odyssee vol gevaar. En avontuur. Waarbij je niet weet of de weg ergens naar leidt, en wat daar dan ligt.

Een pad dat we allemaal tegenkomen. Een pad met voor ieder zijn eigen monsters, zijn eigen set aan meegekregen en aangeleerde wapens om die te verslaan. Met maar één daadwerkelijke keuze. Blijven staan, of het gevecht aangaan.

Ik moest sterven of volwassen worden. Ik koos ervoor te vechten. Ik weet niet of het gevecht me naar een eindspel brengt en of er een punt is dat ik heb gewonnen. Ik weet niet of ik wil winnen. Ik weet niet of het leven te begrijpen wordt en ik weet niet of ik haar wel wil begrijpen.

Maar het leven grijpen wil ik wel.