Eind maart

Ik verberg mijn snijdende handen in mijn jas en mopper ‘eind maart’. Toch voel ik mijn gezicht al wat trekken, de zon heeft me aangeraakt. De winkels richting de binnenstad zijn ook hier een tattooshop en een verlopen bruidszaak. Daar houdt de gelijkenis op. De supermarkt heeft geen onverbiddelijk verboden-voor-honden-bordje, of vriendelijk vermanend ‘houd uw hond aangelijnd’. Ik haal een pakje op en moet een kwartier wachten omdat iemand zijn stencil niet gekopieerd krijgt. De vrouw vraagt om mijn huisnummer en vindt het pakket. ‘Efficiënt’, denk ik, als ik netto net zo snel als ik gewend ben weer buiten sta.